Menu Sluiten

De verloren ziel van Maracanã

In 2013 wijdde O Globo enkele pagina’s aan de laatste verbouwing van Maracanã, met als kop ‘Was het beter zo?’
In 2013 wijdde O Globo enkele pagina’s aan de laatste verbouwing van Maracanã, met als kop ‘Was het beter zo?’

“Maracanã geeft Brazilië een ziel waardoor de reus die in het land schuilt uit zijn sluimer zal ontwaken.”
Jornal dos Sports

Brazilië hield van het roemruchte Maracanã. Het stadion was een reservaat van eenheid in een land van schrijnende contrasten. Tot het volksstadion, begonnen als toneel van een nationale vernedering, door verbouwingen het theater van de elite werd. En daarmee prooi van corruptie.

Rob Velthuis

Lang voor de dag waarop het WK van 1950 begon, zijn in Estádio Maracanã al triomfen gevierd. Arbeiders testten tijdens de bouw de constructie door massaal te juichen voor denkbeeldige doelpunten. Dat past in de illusie waarin dit eeuwig onvoltooide monument is opgetrokken.

Het destijds met 183.000 plaatsen verreweg grootste stadion ter wereld -33.000 meer dan Hampden Park in Glasgow- stond model voor de groeiende economische macht van Brazilië. Als vanzelfsprekend zou de bouwer van dit toneel de wereldtitel toekomen.

De krant A Noite sprak destijds niet alleen van het grootste maar ook volmaaktste stadion ter wereld, ofschoon het bij oplevering niet was voltooid. “Het is een eerbetoon aan de bekwaamheid van zijn volk en zijn ontwikkeling in alle takken van menselijke activiteit. Nu hebben we een toneel van fantastische afmetingen zodat de hele wereld ons aanzien en onze sportieve grootheid kan bewonderen.”

Ontwakende reus

Jornal dos Sports schreef beeldend: “Maracanã geeft Brazilië een ziel waardoor de reus die in het land schuilt uit zijn sluimer zal ontwaken.”

Met een superieur Braziliaans elftal op het WK leek die reus inderdaad klaarwakker. Tot in de slotwedstrijd de hoogmoed het verloor van het onverzettelijke Uruguay. De illusie had plaatsgemaakt voor de grootste aller voetbalvernederingen. Alcides Ghiggia zorgde met zijn winnende doelpunt voor een oorverdovende stilte, waarna de liedjesschrijver Chico Buarque concludeerde: “Toen de spelers Maracanã het meest nodig hadden, was het stil. Je kunt jezelf niet aan een stadion toevertrouwen – dat is de les van 1950.”

Is Brazilië eigenwijs, of was de les vergeten? Op zondag 13 juli 2014, op 3 dagen na 64 jaar na dato, was Maracanã opnieuw het decor van een WK-apotheose. Het gastland had in het programma één ‘zekerheid’ ingebouwd: het zou er pas spelen in de finale. En speelde er dus niet, na een vernederende 1-7 in halve finale tegen de latere wereldkampioen Duitsland.

Maracanã een jaar voor het WK 2014, na de laatste verbouwing. Foto © Rob Velthuis
Maracanã een jaar voor het WK 2014, na de laatste verbouwing. Foto © Rob Velthuis

Mytisch

Waar Brazilië in weerwil van vijf wereldtitels in toenemende mate leed onder de deceptie van 1950, daar groeide de status van het in verval rakende Maracanã uit tot mythische proporties. Dat heeft vooral te maken met het onwaarschijnlijke aantal van 200.000 mensen dat voor de wedstrijd tegen Uruguay binnenstroomde. Meer dan tien procent van het toenmalige inwonertal van Rio.

Officieel waren er 173.850 kaarten verkocht. Dat wereldrecord is in 1963 tot 177.020 bijgesteld tijdens de beslissende wedstrijd Flamengo-Fluminense (‘FlaFlu’) om het kampioenschap van Rio. En in 1969 tot 183.341 tijdens de WK-kwalificatiewedstrijd Brazilië-Paraguay. Frank Sinatra (1980), Tina Turner (1988) en Paul McCartney (1990) traden er op voor meer dan 180.000 toeschouwers. Paus Johannes Paulus II ging er voor tijdens massale vieringen.

“Dat aantal van 200.000 tegen Uruguay is geen verzinsel”, zegt publicist Roberto Muylaert, die tijdens het WK in Maracanã vier wedstrijden inclusief de finale bezocht. “Normaal kon je op het beton gaan zitten, dat was toen onmogelijk. De toeloop was volkomen uit de hand gelopen, ze hebben de poorten moeten openzetten.”

Maracanã in 1984 gevuld met 140.000 toeschouwers. Foto: pagina uit O Globo.
Maracanã in 1984 gevuld met 140.000 toeschouwers. Foto: pagina uit O Globo.

Eenheid

Binnen het schrijnende Braziliaanse contrast tussen rijk en arm werd Maracanã het reservaat van eenheid. Waar zelfs op de stranden van Rio de scheiding van sociale klassen zichtbaar was (en is), kwamen alle rangen en standen in Maracanã samen. Zij zagen er Brazilië uitgroeien tot ‘s werelds belangrijkste voetbalgrootmacht, met sterren als Pelé (hij scoorde er zijn duizendste doelpunt), Garrincha, Zico, Socrates, Romario en de Ronaldo’s.

Dat alles is na de laatste van drie verbouwingen verleden tijd. De van 1948 tot 1950 opgetrokken betonnen ellips is sinds het WK van 2014 van binnen onherkenbaar. De immense accommodatie heeft plaatsgemaakt voor een modern stadion met luxe en veiligheid voor 78.838 toeschouwers. Een stadion dat onbereikbaar is geworden voor de armste bevolkingslaag. Maracanã is van volksstadion een theater van de elite geworden, en heeft daarmee zijn ziel verloren.

Identiteit

“Maracanã was uniek in zijn sfeer. Nu is het net als elke moderne arena in Europa”, meent publicist Luiz Anthony Simas, een vaste bezoeker die het stadion de rug heeft toegekeerd. “De identiteit is weggegooid.” In zijn in 2021 verschenen boek Maracanã: Quando a cidade era terreiro (Maracanã: toen de stad een binnenplaats was) trekt hij de vergelijking met de kroeg die loungebar is geworden. Met een VIP-ruimte in het carnavalsgedruis. Het oorspronkelijke ideaal van klassenintegratie en de zoektocht naar sociale homogenisering is getroffen door neoliberalisme.

Sergio Manhães blijft Maracanã wel bezoeken. Hij begeleid in zijn vrije tijd als gecertificeerd gids (met verwijzing in de Lonely Planet) toeristen tijdens wedstrijden. Al beperkt hij zich tegenwoordig tot duels van ‘zijn’ club Flamengo.

De bouw was een idee van de journalist Mário Filho, nadat het WK van 1950 aan Brazilië was toegewezen. Naar hem is het bouwwerk officieel vernoemd: Estádio Jornalista Mário Filho. ‘Maracanã’ komt van de rivier die door de gelijknamige buurt stroomt. De plaats is na verhitte discussies strategisch gekozen in het noorden van Rio, als symbolische verbinding tussen de twee uitersten van de toenmalige hoofdstad, het rijke zuiden en de verder weg gelegen arme buitenwijken. Als wat wel ‘Het hart van Brazilië’ wordt genoemd.

Het bouwwerk was door een groep van vijf architecten oorspronkelijk ontworpen als een olympisch stadion. In het streven het grootste stadion van de wereld te realiseren, is de atletiekbaan geschrapt ten bate van de beroemde Geral (Openbaar), een betonplaat  rond het veld die plaats bood aan tienduizenden extra staanplaatsen.

Maracanã nog in de steigers tijdens de openingswedstrijd in 1950.
Maracanã nog in de steigers tijdens de openingswedstrijd in 1950.

Legioen

Naarmate de bouwdruk in de 22 beschikbare maanden opliep, groeide volgens de overlevering het legioen arbeiders van 3500 aan tot 10.000. Onder hen veel  ‘economische migranten’ elders uit het land voor wie Maracanã de belofte van een nieuw leven inhield.

Het originele Maraca, zoals het stadion in de volksmond wordt genoemd, had twee ringen met daarvoor die brede, tot het veld licht aflopende parterre. “Daar liepen supporters van beide partijen door elkaar, je kon het hele veld rondlopen”, aldus Manhães. “Dat waren de plaatsen voor het gewone volk, dat nu niet meer komt. Je betaalde twee of drie reales, nu is de prijs achter het doel 60 reales (20 euro, red.).” De bezoekers op die goedkoopste rang stonden lager dan het veld, vooraan keek je er op ooghoogte overheen.

Renovatie

In 1992 vielen er drie doden en vijftig gewonden toen een deel van de bovenste ring instortte. Daarop is in 1999 het vervallen en onveilige bouwwerk gerenoveerd voor het WK clubs. De staanplaatsen verdwenen, waarmee de capaciteit met 90.000 ruim was gehalveerd. Voor de Pan Amerikaanse Spelen in 2007 volgde opnieuw een kostbare verbouwing, waarbij de identiteit van het oude stadion nog wel overeind bleef. Maar waar de lage, kale catacomben niet voldeden aan de moderne (Fifa)eisen.

In 2010 ging Maracanã meer dan twee jaar dicht om voor een begrootte 250 miljoen euro geheel op de schop te gaan. De twee karakteristieke ellipsvormige ringen verdwenen en het veld is verlaagd waardoor de tribunes verder doorlopen. Gaandeweg de verbouwing werd duidelijk dat de oude constructie van het betonnen dak ontoereikend was. Er is een lichtere kabelconstructie gebouwd met een overkapping van glasvezel en teflon.

Onvoltooid

Net als in 1950 hielden tal van problemen de bouw op. Hoewel de in 1948 begonnen bouw zich in recordtempo voltrok, was Maracanã op de dag van de eerste WK-wedstrijd niet voltooid. Net als in 2013, toen het ‘nieuwe’ Maracanã tijdens de Confederations Cup verre van af was.

Antropoloog Robert DaMatta laat er een cynisch bulderende lach op los: “Dit grootste stadion moest de wereld tonen hoe groot Brazilië was. Het was niet eens af, hier in Brazilië is nooit iets op tijd af. En het is na 70 jaar nog altijd niet af.”

Voor 2010 betraden vips en pers het stadion via met tralies afgeschermde trappen, vlak langs de uitgelaten supporters. Nu is de beleving vergelijkbaar met een bezoek aan kantoor of theater, waar liftbedienden zorgen dat je op de goede verdieping wordt afgezet. Manhães: “Alles is veranderd, ik probeer me bij binnenkomst elke keer weer te herinneren waar ik vroeger was.”

Onovertroffen

“Ik ben voor het eerst naar Maracanã meegenomen door mijn vader, die tijdens de WK van 1950 als militair gratis naar Brazilië-Spanje mocht”, aldus Manhães. “Het was de tijd dat Zico er speelde en er soms 150.000 toeschouwers waren. Je stond op beton en het was zo vol dat je niet naar het toilet kon. Maar de sfeer was onovertroffen.”

Sergio Manhães. foto © Rob Velthuis

Die voor Europese begrippen totaal afwijkende atmosfeer dreigde een jaar voor het WK van 2014 uit Maracanã te worden gebannen. De nieuwe, zakelijke uitbaters verboden alles: het kleurrijke Bengaals vuurwerk, confetti en serpentines, de reusachtige vlaggen, de karakteristieke drums. In cafés rondom het stadion mocht uren voor de wedstrijden geen alcohol meer worden geschonken. De fans van de vier clubs die hun thuiswedstrijden in Maracanã speelden, kwamen gezamenlijk in opstand en wonnen.

Manhães: “Er komt door de dure kaarten ander publiek, de sfeer is veranderd. Vroeger konden we staan en zitten waar we wilden, nu is elke plaats genummerd. Ze willen dat je lid wordt door korting op kaartjes te geven. Die gebondenheid is normaal in Europa, voor ons is het nieuw.”

Toeristisch

Een bezoek aan een wedstrijd in Maracanã staat nog altijd in de toptien van Rio’s toeristische attracties. De vraag is of dat zo blijft, nu de unieke sfeer is verdwenen en ook de clubs er niet gelukkig lijken. Ze kregen voor hun wedstrijden slechts de recettes van de tribunes achter de doelen. De opbrengst van de beste (vip-) plaatsen was voor de uitbaters van het stadion.

Vasco da Gama is de enige grote club in Rio met een eigen stadion, het prachtige Estádio São Januário uit 1927. Daaraan wordt de voorkeur gegeven bij beperkte toeschouwersaantallen. Botafogo speelde lange tijd in het in 2008 gebouwde Engenhão (Estádio Olímpico Nilton Santos), dat vijf jaar later wegens constructiefouten tijdelijk is gesloten. Fluminense en Flamengo bleven ondanks alles Maracanã delen.

Muylaert in 2013: “Eerst is Maracanã compleet verbouwd voor de PanAm Games. Het was perfect in zijn karakteristiek, perfect om in te spelen, alleen niet onder Fifa-condities. Waarom niet Maracanã Maracanã gelaten? Nu is geld voor twee stadions geïnvesteerd in één stadion dat zijn ziel kwijt is. Gaan ze het voor de Olympische Spelen dan weer verbouwen?”

Neergang

Dat laatste gebeurde niet, het was erger. Al ver voor het WK 2014 bleek de organisatie voor het Brazilië in economische neergang te hoog gegrepen. Dat verergerde met de last van de Olympische en Paralympische Spelen twee jaar later. Dat laatste evenement werd sterk afgeschaald.

Wat op de Olympische Spelen volgde waren ruzies tussen het olympisch comité en exploitant Maracanã SA over de staat van oplevering van het stadion, dat aan het lot werd overgelaten en onbespeelbaar werd. Binnen enkele maanden verschenen in de media beelden van een ruïne. Elektriciteit was afgesloten, er was geen onderhoud meer, het veld lag erbij als een woestenij. Het ooit heilige Maracanã viel ten prooi aan vandalisme. Meer dan 7000 stoeltjes werden losgewrikt en ontvreemd, ruiten ingeslagen. Uit voorzorg werd alle apparatuur verwijderd.

Daaroverheen kwam een vernietigend rapport van de Braziliaanse rekenkamer. De kosten van de laatste renovatie bleken met een verdubbeling tot ruim 500 miljoen euro gierend uit de klauwen gelopen, en niet alleen door bouwkundige tegenslagen.

Metrostation Maracanã.
Metrostation Maracanã in 2013. Foto © Rob Velthuis

Corruptie

Volgens de rekenkamer is ruim 90 miljoen te wijten aan overfacturering. Cement was gekocht tegen drie keer de marktprijs, gehuurde kranen dubbel gefactureerd. Het nieuwe dak kostte vijf keer zoveel als een soortgelijk dak op de Soccer City-stadion gebouwd in Johannesburg voor het WK 2010. Ook met salarissen voor ‘spookpersoneel’ werd illegaal geld weggesluisd.

Verantwoordelijke voor de corruptie was een consortium onder leiding van bouwbedrijf Odebracht-groep. Dat kreeg in 2013 het beheer van het stadion toegewezen. Die concessie is in 2018 door de rechter geschorst op verdenking van onrechtmatigheden. Het jaar daarop is het contract geannuleerd. Sindsdien hebben de clubs Flamengo, dat een miljoen euro aan rekeningen betaalde om er te kunnen spelen, en Fluminense de leiding overgenomen. Voor het definitieve beheer voor de komende 20 jaar strijden die clubs nu met een onverwachte nieuwe kandidaat, concurrent Vasco.

Of met het neerleggen van de verantwoordelijkheid bij  clubs het stadion ook weer van ‘het volk’ wordt, is twijfelachtig. Voorlopig zijn na een lange sluiting vanwege corona de toegangsprijzen hoger dan ooit in een tijd van zware recessie. Volgens de clubs is dat de prijs voor het samenstellen van een succesvol team.

Met name Flamengo houdt vast aan die opvatting, en kan dit doen omdat veel wedstrijden zijn uitverkocht. Dat beleid werkt op de arme, fanatieke Flamengo aanhang als een rode lap op een stier. Dit jaar zijn de toegangspoorten van Maracanã voor twee uitverkochte wedstrijden door een legioen Flamengo supporters bestormd in pogingen hun idolen te kunnen zien.

De fanatiekste aanhang raakt steeds meer vervreemd van de clubs. Wat in 1950 door het volk voor het volk is gebouwd is geannexeerd door het grote geld. Net als de clubs, die daarmee ook hun afkomst verloochenen.

Dit is een aangepaste en geactualiseerde versie van het artikel dat op 6 juni 2014 is gepubliceerd in de WK bijlage van Trouw.

Geplaatst in Braziliaans voetbal

Gerelateerde berichten

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.